ana roelofs-gedicht 214

 

 

vannacht was het veld gespikkeld met konijntjes

als in een koele oceaan vol aaibare

theevisites uit de kinderkamer terug

gehaald zit ik vast in de honingtirannie

van tastbare herinneringen  een wonder

kamer van fabelhaft  ben ik een dakloze

ontsnappingskunstenaar met verlamde armen

in het schaamteloze zwemwater van nurkse

nostalgie ga ik dieper zal ik nog hardop

zeggen dat de werkelijkheid te nep is en

wankelend in het groene licht luisteren naar

de onzinnige liedjes keihard in mijn hoofd

5 augustus 2017 Geen categorie

ana roelofs-gedicht 213

 

 

om te beginnen houdt het slagwerk de slak in

een kleine wurggreep de hele dag door snoepen

de magere toeschouwers onder dwang schuwen

woorden de magie van de ravage had ik

maar geluisterd naar de taal van de gefopte

dieren, had ik maar gekeken naar het groeien

van de vulkaan zonder pijn in bedrog zonder

iets geschreven te hebben ontstaat de glimlach

onder druk barst het ontwaken in ongehoord

liegen spat de alledaagse schoonheid uiteen

ongezien loert de uit bad verbannen onrust

en dit is niet mijn eeuw, is het wel mijn leven?

 

 

17 juli 2017 Geen categorie

ana roelofs-gedicht 212

 

 

wat weten je messen van een beestje met vijf

poten getekend op de stoep later kwam daar

nog een zesde pootje bij tevergeefs, in de

gang ruikt het naar moord, op straat spelen de zeven

ontrouwe onschuldigen slecht weer en spreken

elkaar tegen hoe ze hem in de val lokten,

hoe hij huilde maar wat weten je gruwelen

van de vernietigende schaduw onder de

lantaarnpaal wacht nog even met je verhalen

hij was een piepklein tussendoortje, vlees noch vis

hij was melk noch honing, hij hing de sterren in

de boom en God alleen weet hoezeer ik hem mis

 

5 juli 2017 Geen categorie

ana roelofs-gedicht 211

 

 

stoffige demonen eisen hardnekkige

schema’s tegen de stroom in, drinken een vloedgolf

met alle liefde en zien wel waar het schip strandt,

weten blindelings de dans te ontspringen om

dan zilverend en zacht de stank af te sluiten,

nachten de binnenkant uit hun zwartboeken

en vandaag vergrijsd troosteloos in somberheid,

laat de waarheid berooid achter als dom toeval

wat er in je ziel te slapen lag ontaardde

angstig en alleen voor altijd hier te blijven

 

25 juni 2017 Geen categorie

ana roelofs-gedicht 210

 

 

de dag is vol fluorescerende sleutel

bloemen in het uitdijende universum

rest de belofte aan blauwe sterren voor de

wind in elke wolk aan de paarlen hemelpoort

als goudstof op mijn huid, neem me mee hang de zee

paardjes in de bomen van het zangvogelbos

hier is de muziek in het onvoorstelbare

groene vlammenlicht veranderen tranen in

discrete wespennesten  zing, zing wat heb je

nog te verliezen  toe, laat mij hier niet alleen

als het echt nodig is  hou alsjeblieft van me

met stapjes en pootjes in muisstil slowmotion

 

14 juni 2017 Geen categorie

ana roelofs-gedicht 209

 

 

een relikwie, een slecht idee, een nachtgitaar

de lange geschiedenis van de Zwartelaan

in elkaar gezet in strenger tijden woonde

daar de machinist van de nachttrein in volle

glorie had hij vier stalen ogen en zestien

armen en vieze praatjes en altijd gelijk

in het eeuwige licht van zomeravonden

begonnen die dingen pas goed in het honderd

te lopen ik was gewend te zingen maar met

al die herrie aan mijn kop kon ik niet meer in

mijn eigen hoofd noch in andermans schoenen schiet

ik onzinnigheden uit mijn slof weer terug

 

4 juni 2017 Geen categorie

ana roelofs-gedicht 208

 

 

damherten wapperen over het behang als

de idylle in totale chaos vervalt

ik zal dieren vinden die niet meer bestaan (maar

wat de ijsbeer te wachten staat is crimineel)

ze hebben geen ogen en geen oren, zonder

neus of mond maar veertjes van stof en bladgoud zacht

op de bodem van het binnenhuis dartelen

ze rond, geven elkaar apocalyptische

woorden als vergeten cadeautjes van de

laatste feestjes van gecrashte ijsbeerjagers

in de bosjes ligt mijn oude sneeuwhaas te wachten

op de revanche van de onzekere IJszee

21 mei 2017 Geen categorie

ana roelofs-gedicht 207

 

 

zeg nou iets dat toch niet waar kan zijn maar niet heus

alsof ik slaap op de gestaalde rotonde

van een verleidelijk onderonsje schokt de

waarheid in onverschilligheid woont mijn monster

geurloos op hetzelfde matras met gespierde

romp en doodgeslagen vuisten neemt revanche

op de kleine idealen in dezelfde

verbeten bedden laveren vreemde raven

zetten hun veren op springen breekbaar op de

botten van mijn verbolgen huisdier mijn boze

huisgenoot in grootspraak in snelle ademnood

op mijn nachtkastje is de maan al bijna dood

13 mei 2017 Geen categorie

ana roelofs-gedicht 206

 

 

een verlegen verschijning verstoort het neefje

van de wolf vermoordt het feestje van zwanezang

en schaamrood smaakt monddood, niet om op te vreten

ik bood mijn dikke kanarie met de lange

tenen zwijggeld, een nieuwe levensvervulling,

onvoorspelbaar kortzichtig en razend spannend

maar hij dacht aan opstappen, zijn eigen plekje

in de wildernis om zijn leven te slijten

ik zal zachter lachen alsof het voorbij is

en mijn geloofwaardigheid niet door de plee is

vergeet het maar dat er in de zevende nacht

eindelijk wordt geluisterd hoe perfect je deugt

 

 

5 mei 2017 Geen categorie

ana roelofs-gedicht 205

 

 

huismussen kwamen aanvliegen en verdwenen

lijsters, merels, pimpelmezen maar geen kraaien

wél het ijdele geweld van vermeend onrecht

grimmig en verbeten vliegt de brute poëet

voort en omarmen afgedankte heiligen

de gretige duivel van de spraakverwarring

een op drift geraakte vogelaar eet het snoep

uit de vitrine van de kind-boeman die zich

bijna niets laat ontzeggen  uitgescholden door

Franciscus die verder alleen tot vogels spreekt

verlaat hij lichtvoetig noch diepgeworteld het

huis en laat onder de stoelen een storm achter

26 april 2017 Geen categorie

1 3 4 5 6 7 26